Les 3
Na het vragenuurtje en het aanhoren van eventuele wederwaardigheden van het thuisfront gaat de les over in de behandeling van de fenomenen ‘schaak’ en - oppervlakkig - ‘mat’.
‘Schaak’ als feit dat de Koning rechtstreeks wordt aangevallen, het verbod om jezelf ‘schaak’ te zetten en de drie opties, met voorbeelden, om ‘schaak’ op te heffen:
- vluchten
- tussenplaatsing
- aanvallende stuk slaan
Het Herdersmat en het Gekkenmat worden gedemonstreerd. Het liefst door een leerling die het al kent. En is overkomen.
Als er nog voldoende tijd is kan de rokade worden doorgenomen, maar liever zullen de leerlingen nog even puntenschaken. Zonder rokade dus.
Ik heb er voor gekozen het melden van ‘schaak’ niet te verplichten.
De Koning die zichzelf schaak zet doet echter voorlopig nog geen ongeldige zet. De aldus schaak staande Koning mag geslagen worden, ook als de schaaksituatie al enige zetten heeft voortgeduurd. (Een heftig leermoment en het geeft de speler die op achterstand staat enige hoop. Want je weet maar nooit..).
Let op dat nu de stukken na afloop weer worden opgesteld op het bord voordat ze in de doos worden gedaan..
De winnaar mag als beloning en tot meerdere glorie zijn Koning midden op het bord zetten.